Wie rookt loopt meer risico op ontstoken tandvlees en op het extra slinken van het kaakbot. Bovendien onderdrukt roken de verschijnselen van een tandvleesinfectie. Gezond tandvlees is roze van kleur en bloedt niet. Ontstoken tandvlees is meestal rood of gezwollen en kan gaan bloeden als u uw tanden poetst of eet. Bij rokers is ontstoken tandvlees moeilijker vast te stellen. De nicotine zorgt er namelijk voor dat uw bloedvaten vernauwen. Hierdoor bloedt uw tandvlees minder snel. U zelf of uw tandarts ziet uw tandvleesontsteking aanvankelijk makkelijker over het hoofd. Dan kan de ontsteking zich ongemerkt uitbreiden.
Een tand of kies is nauw omgeven door tandvlees. Daartussen is een smalle spleet van hooguit drie millimeter diep, ook wel 'pocket' genoemd. Hierin hoopt zich tandplak op. Bij onvoldoende mondhygiëne kan die pocket ontstoken raken. Dan zwelt uw tandvlees op en daardoor wordt de pocket dieper. Een diepe pocket kunt u lastiger reinigen. Ook wordt de kans op ophoping van tandplak groter. De ontsteking kan zich dan gemakkelijk uitbreiden naar uw kaakbot. Uw kaakbot slinkt. Hierdoor kunnen uw tanden en kiezen los gaan staan. Roken beïnvloedt het proces van tandvleesontsteking en het slinken van kaakbot nadelig. Daarom is de kans groter dat rokers eerder hun tanden en kiezen verliezen dan niet-rokers. Bovendien slaat een behandeling van ontstoken tandvlees doorgaans beter aan bij niet-rokers dan bij rokers.
Roken kan tot een verkleuring van uw tanden, kiezen en vulmaterialen leiden. Roken maakt ook het reinigen van het kunstgebit moeilijker. U kunt rookaanslag vergelijken met de aanslag die ontstaat door thee. Rookaanslag is alleen veel moeilijker te verwijderen.
Rokers hebben een grotere kans op mondkanker dan niet-rokers. Wie rookt én alcohol gebruikt loopt extra risico's.
Al na twee tot zes weken na het stoppen met roken is het effect ervan zichtbaar in uw mond. Tenminste uw mondgezondheid verslechtert niet verder. Vooral bij minder goede mondhygiëne kan de kans op tandvleesbloedingen wel tijdelijk toenemen. Als u de mondhygiëne verbetert, verdwijnt dit probleem weer. Soms is hierbij de hulp van de tandarts of de mondhygiënist nodig.