Pijn in de kaken, moe van het kauwen, aanhoudende pijn in of om het oor. Het zijn klachten die te maken kunnen hebben met uw gebit, uw kaakgewricht of uw kauwspieren.
Er zijn verschillende soorten kaakgewrichtsklachten. Hoort u bijvoorbeeld geluiden in het kaakgewricht tijdens het kauwen of u voelt pijn in de kaken? Kunt u uw onderkaak niet goed bewegen? Of heeft u last van aanhoudende oor- of hoofdpijn, oorsuizen, kramp of een vermoeid gevoel in de kauwspieren?
Er is maar zelden een directe oorzaak aan te geven voor kaakgewrichtsklachten. Een veel voorkomende aanleiding is bovenmatig of verkeerd gebruik van kaken, tanden en kiezen. U kunt de kaken bijvoorbeeld extra en langdurig verkeerd belasten door tandenknarsen, klemmen of nagelbijten. Het ontbreken van veel kiezen kan een aanleiding zijn voor overbelasting van het kaakgewricht of de kauwspieren. Ook kunnen ziekten, zoals reumatische aandoeningen, kaakgewrichtsklachten veroorzaken. Bovendien kunnen door psychische spanningen klachten ontstaan. Tandenknarsen is bijvoorbeeld vaak een gevolg van spanningen.
De tandarts probeert te achterhalen waar uw klachten vandaan komen. Hij zal uw gebit, uw kaakgewricht en uw kauwspieren daarom uitgebreid onderzoeken. Hij kijkt of uw tanden en kiezen opvallend zijn afgesleten en of ze goed op elkaar passen. De tandarts let op geluiden in uw kaakgewricht en onderzoekt of uw onderkaak goed functioneert. Zo test hij bijvoorbeeld hoe ver u uw mond kunt openen. Ook zal uw tandarts van u willen weten of u last heeft van lichamelijke klachten of andere spanningen.